Natuur is de inspiratiebron van de mens, de gemene deler van ons allen. Dat is het uitgangspunt van Martin Buijtels, oprichter van The Dutch Wave. Met zijn multidisciplinair ontwerpbureau zet hij de interactie tussen natuur en de woon- en werkomgeving weer op 1. ‘Natuur is de grootste marketingtool die bestaat.’
Martin Buijtels is iemand met groene vingers, iemand die van de natuur houdt. Twintig jaar lang had hij een hoveniersbedrijf met ontwerpbureau in Bladel, nabij Eindhoven, een bedrijf met uiteindelijk twintig medewerkers en een specialisatie in private, high-end tuinen met een, zoals hij dat noemt ‘grote groenambitie.’
Zo werd hij vaak benaderd door multinationals die in en om Eindhoven gevestigd zijn. Als een expat uit een ander land werd gehaald, mocht Buijtels regelmatig de tuin inrichten. ‘Het mooie was dat ik bij die mensen veel kennis kon opdoen. Zij stelden mij kritische vragen. Ik vond het al goed van mezelf dat ik nooit kunstgras legde, zij wilden weten waarom we in Nederland planten gebruiken in tuinen die speciaal zijn gekweekt om geen vrucht te dragen. Ze snapten gewoon niet wat wij hier doen.’
100 procent kitsch
Hij leerde anders kijken naar het groen waarmee hij dagelijks werkte. ‘Zo kwam ik erachter dat het 100 procent kitsch is wat wij doen. Ik kwam erachter dat planten in tuincentra niets bijdragen aan de biodiversiteit – ze zijn gemaakt om ons mensen te pleasen. Nu was ik me al aan het verdiepen in biophilic design, in wat groen met ons doet. Dat werd wel warm ontvangen door de internationals in Eindhoven.’
Het roer moest om. Hij splitste zijn bedrijf in tweeën: een hoveniersbedrijf (dat hij snel daarna verkocht) en The Dutch Wave, een ontwerpbureau voor tuin en landschap en biobased architectuur. ‘Je kunt stellen dat ik een te creatieve hovenier was. Een hovenier past zijn ontwerp vaak aan aan de wensen van de klant en aan wat de regio te bieden heeft. Maar een goed ontwerp begint met een goed concept; first concept, then design. Als je een tuin of landschap ontwerpt is het goed dat je een combinatie maakt tussen te gast zijn in een omgeving en de blauwdruk van de mensen die er wonen of werken. Als je die twee bij elkaar brengt, ben je al een heel eind. Genius loci, de geest van de plek, is altijd ons startpunt’.
Lees ook: Ruimtes in harmonie met de natuur en mens
Biophilic design
Voor Buijtels is het inmiddels duidelijk: iedereen heeft een aangeboren behoefte om te verbinden met de natuur. En ja, ook degenen die het hardst roepen niets met natuur te hebben, hebben behoefte aan die connectie.
‘In het vakantiegedrag van mensen kun je dat heel goed zien. Mensen gaan vaak naar zee, bergen, bossen of rivieren op vakantie en dat is toevallig ook de oernatuur,’ zegt hij. ‘Het is een aangeboren behoefte om te verbinden met de natuur – alleen zijn we dat vergeten. Natuur is de enige gemene deler die we hebben. Natuur is onze inspiratiebron. Uiteindelijk kom je erachter dat de natuur de drager van het verhaal is – altijd. Als je alle bomen in het sprookjesbos in de Efteling omkapt, geloof je niet meer in sprookjes. Natuur liegt nooit, heeft alles al eens uitgevonden en is gewoon damn sexy.’
Daar komt biophilic design uit voort; design waarin natuurlijke elementen in de bebouwde omgeving worden toegepast met als doel het welzijn van de mensen daar te verbeteren. ‘Wij mensen zoeken genegenheid, vaak met groen. Biophilic design is daarom ook geen trend, het wordt gesteund door wetenschappelijk onderzoek.’
Inspirerende omgeving
Sinds 2020 brengt Buijtels met zijn bedrijf biophilic design in de praktijk. Te beginnen natuurlijk in het eigen kantoor, ‘waar je geen idee hebt of je binnen of buiten bent’. Hij heeft het ook mogen toepassen bij andere bedrijfslocaties, bijvoorbeeld bij de Brainport Human Campus in Helmond. ‘De enige opdracht daar was werkgeluk.’
Het ging in Helmond om een verzameling van panden op een bedrijventerrein die meer een eenheid moesten vormen. Daarvoor gebruikt Buijtels logischerwijs veel groen. ‘Daar betrekken we een blauwdruk van de mensen bij. En altijd bedenken we dat de mens er te gast is, dan is men ook zuiniger op de omgeving.’
Bedrijven als Google en Amazon gaan hier het verst in, een prettige werkomgeving is voor hen van levensbelang om werknemers te kunnen binden. ‘Natuur is de grootste marketingtool die er bestaat,’ zegt Buijtels. ‘In de meest sexy vorm creëer je een plek waar mensen niet alleen willen werken maar ook willen zijn. Ons grootste compliment is als de werknemers er ook in het weekeinde willen zijn, op zoek naar een inspirerende omgeving.’
Zijn aanpak is bij een woning niet veel anders. ‘Ook daar is belangrijk dat ik weet waar de mensen in hun leven staan. Hebben ze kleine kinderen, of zijn de kinderen het huis uit? Bij een huis met pubers moet je geborgenheid bieden, dan moet je geen wilde kleuren op de muur zetten. Met onder andere natuur-geïnspireerde kleuren en patronen kun je de mood van mensen sturen.
Voor het interieur is het hebben van donkere kozijnen ideaal om een contrast te vinden met de natuur, om het buiten naar binnen te brengen. Ook zoiets: wie een tuin ontwerpt is gewend te betegelen vanaf de achterpui tot waar de tuin begint. Eigenlijk moet je met groen beginnen, dan trek je de natuur naar binnen. Als je binnen gaat inrichten, is mijn idee altijd te kijken naar biobased materialen zoals hout, leem etc.’
Multidisciplinair ontwerpen
Hij komt bij zijn werk wel vaak het probleem tegen dat fabrieken, kantoren en woningen niet als vanzelfsprekend geschikt zijn voor biophilic design. ‘Veel architectuur is niet geoptimaliseerd om in te leven; men is de factor mens in de woningen en fabrieken vergeten. Dat maakt planten een goede waarnemer. Als planten niet kunnen groeien in de woonkamer, kun je zelf daar ook niet groeien. Dat is de reden waarom we een multidisciplinair bureau hebben. Om te snappen waarover dit gaat moet je eigenlijk een ecosysteemdenker zijn. Als je planten binnen wilt hebben, moet je er met de architectuur al rekening mee houden dat planten daar ook kunnen leven.’
‘Wij kijken er met een holistische blik naar. Over de plantenbak moet al nagedacht zijn toen de architectuur gemaakt werd. Je zet natuurlijk geen plant neer daar waar deze niet kan groeien. Wij maken een totaalplan waarin het interieur samenvloeit.’
En dat moet liefst lokale natuur zijn. ‘Ik zou ervoor willen pleiten dat bijvoorbeeld IKEA heel gave posters maakt van lokale natuur, van plassen water of rivieren. Het gekke is dat sommige mensen parelwitte stranden aan de muur hangen, terwijl het te ver is om naartoe te gaan. Als we natuur van de omgeving naar binnen halen, staan we veel bewuster in de omgeving en kunnen we daar meer van genieten. Dat is geluk.’
Tekst: Mark van der Heijden
- Bekijk ook
- Thedutchwave.com